Afgelopen nacht ben ik getroffen door een zeer hevige
hoofdpijn. Ik denk dat het constante hakgeluid van de dames van Campo de
oorzaak is geweest. Vannacht heb ik dan ook even de werkzaamheden stop gelegd.
We zitten inmiddels op 6 meter en nog een beetje diepte. Maar met 18 meter in
doorsnede heb ik niks te klagen. Wel moeten we even uitkijken met de fundatie
van het huis. Terwijl ik radeloos met kloppende hersenen opzoek was naar Paracetamol
brak de waskeuken van het huis. Door de klap leek mijn hoofd bijna ook af te
breken. Ik viel haast flauw. Gelukkig wist ik mezelf rustig te laten zakken
naar de vloer. Met mijn laatste krachten heb ik mij naar de keuken weten te
slepen waar ik vlak voordat ik buiten bewust zijn zou zijn geraakt de koelkast
kon bereiken. Met onmetelijke wilskracht en puur op karakter kon ik de pan met
spaghetti van gisteren, 2 paprika’s, een fles cola en een paar inlegplankjes
uit de koelkast halen om mijzelf er vervolgens in te kunnen slepen. 2 uur later
ben ik door agent tequila daar aangetroffen. Gelukkig had zij nog 2
paracetamols in haar handtas. Na nog wat bezweet en radeloos rond te hebben
gelopen sloegen de pijnstillers eindelijk aan en ben ik toch nog in slaap
gevallen. Vanmorgen vroeg werd ik wakker door het gevloek van agent Bruno die
was uitgegleden over een rotte paprika. Mijn hoofdpijn was verdwenen maar mijn
nek zat nog helemaal vast. Terwijl ik stond te wachten tot mijn koffie klaar
was bewoog ik mijn hoofd met een gezicht alsof ik net 2 citroenen ophad van voor
naar achter en van links naar rechts. Een stel duiven achter het keukenraam
zagen dat maar zeiden er niks van. Het gepruttel van het espressoapparaatje klonk
als engelengezang. Deze koffie zou mijn dag helemaal goed gaan maken. Blij als
een kind liep ik met mijn koffie door het huis om hem rustig op de porch op te
gaan drinken. Daar werd ik wederom geconfronteerd met de gebeurtenissen van
afgelopen nacht. Ik stond te kijken naar een groot gapend gat in de tuin door
een gat in de muur waar gisteren nog de waskeuken had gezeten. Met wat droge
palmtakken, kippengaas en mijn sjoelbak heb ik het gat gedicht terwijl ik mijn
koffie opdronk. Daarna ik heb ik een paard van de buren gejat. Snel heb ik hem in
de bak van mijn pickup gezet en op de parkeerplaats bij het Waaigat geruild met
een zwerver voor een wasbeurt van de Nissan. Toen ik weer thuiskwam stond er
een ninja te doen alsof ik hem niet zag achter een palmboom. Net toen ik mijn
pas gepoetste reservewiel van de achterbank naar zijn maag wilde slingeren kwam
hij tevoorschijn en vroeg of ik een goede chinees in de buurt wist. Nu ik dit
schrijf vraag ik mezelf hardop af of dat wel de enige reden was waarom die in
mijn tuin achter een palmboom stond… Maar goed je moet niet overal iets achter
zoeken. Voor nu ga ik even mijn geest en lichaam rust gunnen om morgen met
volle concentratie mijn missie voort te zetten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten